015/63.52.70 info@argoshombeek.be

Het vaccineren van de kat

Katten worden standaard gevaccineerd tegen de volgende ziektes:

Niesziekte (calicivirus en herpesvirus)
Panleucopenie (parvovirose, ook wel kattenziekte genoemd)

Optioneel kan er ook gevaccineerd worden tegen leucose en hondsdolheid (rabiës).

De standaard vaccinaties (met of zonder leucosevaccinatie) worden gegeven op de leeftijd van 9 én 12 weken waarna een jaarlijkse herhaling nodig is. Het is belangrijk dat de kat in goede gezondheid verkeert op het moment van vaccinatie.

Leucose is een virale, dodelijke, aandoening die overgedragen wordt door contact met een besmette kat of zelfs al door het eten uit hetzelfde bakje. Wanneer uw kat vaak buiten vertoeft en regelmatig in contact komt met andere katten, is deze vaccinatie aangeraden.

Als een kat mee gaat naar het buitenland of de Ardennen is het verplicht dat ze gevaccineerd is tegen hondsdolheid. Een kat die ouder is dan 12 weken moet maar 1 keer gevaccineerd worden (geen boostervaccinatie nodig) en deze vaccinatie is dan voor vrijwel alle landen meteen 3 jaar geldig. Als u uw kat mee wil nemen naar het buitenland bel ons dan gerust op om te vragen wat u hiervoor in orde moet maken!

Waarom pas vaccineren vanaf 9 weken?

Een kitten krijgt via de moedermelk al veel antistoffen binnen tegen allerlei aandoeningen (als de moeder goed gevaccineerd is). Indien een kitten op een te jonge leeftijd gevaccineerd wordt, zal het vaccin aangevallen worden door deze ‘moederlijke’ (of maternale) antistoffen zonder dat het afweersysteem van de kitten hier iets aan doet. De kitten zal dus zelf geen antistoffen produceren en het vaccin heeft zo zijn doel gemist. Vanaf 9 weken leeftijd zijn bij de meeste kittens deze maternale antistoffen al zo ver weg dat het afweersysteem van de kitten zelf zal kunnen reageren op het vaccin. Door 3 à 4 weken later nog een keer te vaccineren (de zogenaamde boostervaccinatie) zullen er enorm veel antistoffen geproduceerd worden waarna de kitten voldoende beschermd is.
Opgelet: omdat de kitten vanaf 9 weken niet meer beschermd wordt door de antistoffen van de moeder is het aangeraden niet te lang te wachten met vaccineren na het bereiken van deze leeftijd.